Inzet minerale grondstoffen

Laatste update

Temporeel bereik

2010 - 2018

Op deze pagina

Inzet minerale grondstoffen blijft vrij constant

Minerale grondstoffen omvatten zowel de primaire delfstoffen die in Vlaanderen ontgonnen worden in groeves, namelijk fijnere zanden, grof zand, kwartszand, klei, leem en grind, als de grondstoffen die deze delfstoffen kunnen vervangen: geïmporteerde delfstoffen, gerecycleerde granulaten van bouw- en sloopafval, uitgegraven bodem (grond die vrijkomt bij graafwerken buiten ontginningsgebied), bagger- en ruimingsspecie en overige gerecycleerde en secundaire grondstoffen zoals slakken en assen.

Deze grondstoffen zijn een belangrijke materiaalstroom in Vlaanderen, niet alleen omwille van de hoeveelheden maar ook omwille van hun maatschappelijk en economisch belang. De basisdoelstelling van het Vlaamse oppervlaktedelfstoffenbeleid is om op een duurzame wijze te voorzien in de primaire delfstoffen die nodig zijn om aan de huidige en toekomstige maatschappelijke behoefte te voldoen. Dit houdt onder meer in dat primaire delfstoffen zuinig en doelmatig ingezet worden en dat het gebruik van alternatieven voor deze delfstoffen gestimuleerd wordt. De beleidsnota Omgeving 2019-2024 stelt bovendien dat onze afhankelijkheid van buitenlandse delfstoffen niet mag groeien. Het Monitoringsysteem Duurzaam Oppervlaktedelfstoffenbeleid geeft een volledig overzicht van de verschillende minerale grondstoffenstromen.  

In de periode 2010 tot en met 2018 werd in Vlaanderen tussen 62,5 miljoen ton en 72,5 miljoen ton minerale grondstoffen ingezet in de Vlaamse economie. Schommelingen in de totale inzet worden veroorzaakt door de economische situatie en, voor uitgegraven bodem, de hoeveelheid grond die dat jaar ontgraven wordt en dus het aantal en grootte van de werven. Een deel van de met minerale grondstoffen vervaardigde producten wordt gebruikt binnen Vlaanderen, een ander deel wordt geëxporteerd.

Uit bovenstaande figuur blijkt dat een aanzienlijk deel van de ingezette minerale grondstoffen bestond uit uitgegraven bodem en andere alternatieven (zie indicator Aandeel alternatieve minerale grondstoffen). Vlaanderen blijft ook duidelijk afhankelijk van import van minerale grondstoffen. Deze categorie maakt gemiddeld 35% uit van de totale inzet.

Inzet alternatieve grondstoffen varieert sterk naargelang de toepassing

Wat betreft de verhouding Vlaamse primaire delfstof/geïmporteerde delfstof/alternatieve grondstof, zijn er duidelijke verschillen naargelang de toepassing. Voor toepassingen waarvoor fijnere zanden of grind/steenslag noodzakelijk zijn, zijn er relatief veel geschikte alternatieve grondstoffen beschikbaar in de vorm van respectievelijk uitgegraven bodem en gerecycleerde granulaten van bouw- en sloopafval. Dit is minder het geval bij klei, leem en vooral grof zand vanwege het kleiner aantal mogelijkheden wat betreft alternatieven met gelijkaardige bouwtechnische eigenschappen. Voor de grofzand- en grind/steenslagtoepassingen worden belangrijke hoeveelheden geïmporteerd. Het aanbod vanuit Vlaanderen (i.e. de som van de hoeveelheden Vlaamse primaire delfstoffen en Vlaamse alternatieve grondstoffen) volstaat niet om aan de vraag te voldoen.   

Uitgegraven bodem wordt voornamelijk ingezet bij aanvullingen en ophogingen

Grond die vrijkomt bij graafwerken wordt meestal opnieuw ingezet en wordt bijgevolg beschouwd als een grondstof. Een uitzondering hierop vormt niet-reinigbare verontreinigde grond, die gestort wordt. Ongeveer 80% van de uitgegraven bodem wordt ingezet bij aanvullingen en ophogingen, zowel op de werf waar de uitgraving plaatsvindt als elders. Andere toepassingen zijn funderings-, drainage- of stabilisatielagen, stortklaar beton, keramische producten, de inrichting en eindafwerking van een stortplaats en het opvullen van groeves.

Niet bij al deze toepassingen wordt de uitgegraven bodem ingezet als alternatief voor een primaire delfstof: bij het opvullen van groeves wordt grond gebruikt die bouwtechnisch van minderwaardige kwaliteit is en geen alternatief is voor een primaire delfstof. Daarnaast worden bij bouw- en infrastructuurwerken soms aanvullingen en ophogingen uitgevoerd die niet zouden gebeuren als hiervoor delfstoffen aangevoerd zouden moeten worden.

Volgens de principes van de circulaire economie streeft het Vlaams beleid ernaar dat grond die beschikbaar komt, zo optimaal mogelijk ingezet wordt. Dit houdt onder andere in dat uitgegraven bodem die een volwaardig alternatief vormt voor een primaire delfstof ingezet wordt ter vervanging van de primaire delfstof en dus bij de uitvoering van de werken als potentiële delfstof behandeld wordt, bijvoorbeeld door selectieve afgraving. Zoals bovenstaande figuur toont, is er op basis van de data voor 2013, 2015 en 2018 nog geen evolutie zichtbaar naar een groter aandeel van inzet van uitgegraven bodem in beton en keramische producten in plaats van aanvullingen en ophogingen.

Als bijkomende stimulans voor circulair gebruik van uitgegraven bodem werd in 2019 de delfstoffentoets ingevoerd als onderdeel van het Technisch Verslag bij grondverzet, naast het reeds bestaande onderzoek naar milieuhygiënische kwaliteit. De delfstoffentoets identificeert geologische afzettingen die op andere locaties worden ontgonnen als primaire delfstoffen en geeft dus een idee van het potentieel van de ontgraven gronden als alternatief.

Aanvullende informatie

Definitie 

De inzet van minerale grondstoffen omvat de inzet in Vlaanderen van Vlaamse primaire delfstoffen, geïmporteerde delfstoffen, gerecycleerde granulaten van bouw- en sloopafval, uitgegraven bodem, bagger- en ruimingsspecie en overige alternatieve grondstoffen in miljoen ton.

Verantwoording 

In Vlaanderen heeft het oppervlaktedelfstoffenbeleid als basisdoelstelling om op een duurzame wijze te voorzien in de oppervlaktedelfstoffen die nodig zijn om aan de huidige en toekomstige maatschappelijke behoefte aan materialen te voldoen. Het Vlaams beleid streeft ook naar een circulaire economie, waarvoor gemonitord wordt in hoeverre de materiaalketens van minerale grondstoffen (een belangrijke stroom in termen van hoeveelheden en economisch en maatschappelijk nut) reeds gesloten zijn (Monitoringsysteem Duurzaam Oppervlaktedelfstoffenbeleid).

 

Gerelateerde documenten

Laatste update

Periodiciteit
2010, 2011, 2013, 2018, daarna in principe driejaarlijks
Temporeel bereik

2010 - 2018

Geografisch bereik
Vlaanderen

Deze indicator hoort bij de volgende onderwerpen